Dag vier van de Bridgestone World Solar Challenge – het was bloedstollend. Delft volgde ons de hele dag al op de voet en nam met een spannende inhaalactie de koppositie over. Hierbij moest de coureur van Red One afremmen om een onveilige situatie te voorkomen. Het verschil tussen de teams uit Nederland is klein, slechts enkele minuten. Met nog zo’n 200 kilometer te gaan tot finishstad Adelaide hebben we nog altijd alle vertrouwen in de eindzege.
“Er kan nog van alles gebeuren, de strijd is zeker nog niet gestreden”, zegt teamlid Maarten van Poppelen. “Onze zonneauto’s zijn om 17.00 uur erg dichtbij elkaar gestopt, de verschillen zijn ontzettend klein”.
Van outback terug naar de bewoonde wereld
Vanaf Port Augusta kregen we het gevoel dat we weer in de in de buurt van de bewoonde wereld kwamen. We zien weer hoogspanningsmasten, meer verkeersborden en verkeer: een heel ander uitzicht dan de 2000 km die we door de woeste outback reden.
De outback – weet waar je bent
Tijdens de 3000km lange race rijden we langs mooie plekken van Australië. Het is niet alleen leuk, maar ook belangrijk om te weten wat we waar tegenkomen tijdens de Bridgestone World Solar Challenge. Dit is belangrijke informatie omdat we daarop onze strategie aanpassen. Door middel van een POI-map kunnen we elkaar op de hoogte stellen van belangrijke informatie zoals een cattle grid, geldende snelheidslimieten en stoplichten. 
Ook het weer is van belang. Meteoroloog Patrick Verhoeks van de Koninklijke Luchtmacht ondersteunt ons met zijn expertise. Hierdoor weten we lang van tevoren of er wolken zijn of dat er meer wind komt, waar we rekening mee moeten houden in onze strategie. Dit was vooral vandaag van belang, omdat het steeds harder waaide. Red One reed heel rustig en de coureur gaf aan dat alles goed ging.
Wij genieten morgen van onze laatste racedag en wij doen ons uiterste best om de beker naar Twente te halen. We gaan ervoor! Vind je deze race ook zo spannend? Volg ons dan op Twitter, Facebook en Instagram voor de nieuwste updates 24/7.
Foto header: Jérôme Wassenaar
Foto in tekst: Gijs Versteeg
Recent Comments